Nieuwe regels voor plaatsvervangende magistraten doorstaan grondwettelijke toets

Het Grondwettelijke Hof verwerpt het vernietigingsberoep tegen de nieuwe regels voor plaatsvervangende magistraten.

De indieners van het vernietigingsberoep vinden dat het systeem van plaatsvervangende rechters en raadsheren niet verzoenbaar is met de rechterlijke onafhankelijkheid en onpartijdigheid. Omdat advocaten als plaatsvervanger kunnen zetelen. Het Hof stelt dat cumulatie van een rechtelijk ambt en het beroep van advocaat zoveel mogelijk moet vermeden worden. Maar occasionele cumulatie kan wel verantwoord zijn om de goede rechtsbedeling te waarborgen. Op voorwaarde dat - zo blijkt uit eerdere arresten van het Hof - de cumulatie omringd is met voldoende procedurele waarborgen die elke gerechtvaardigde vrees voor partijdigheid uitsluiten. De nieuwe regels voeren - aldus het Hof - nu net bijkomende procedurele waarborgen in waardoor de onafhankelijkheid en onpartijdigheid zeker en vast gegarandeerd is. De plaatsvervangende magistraten moeten slagen voor een aanwervingsproef en binnen twee jaar na hun benoeming een theoretische en praktische opleiding volgen, met daarin een opleiding deontologie. Bovendien is uitdrukkelijk voorzien dat plaatsvervangende magistraten geen permanente functie hebben. En het is verboden om op dezelfde terechtzitting te zetelen als plaatsvervanger en tegelijk op te treden als advocaat.

Tweede punt van kritiek is dat plaatsvervangende magistraten niet dezelfde bekwaamheid en geschiktheid moeten kunnen aantonen als beroepsmagistraten, aangezien ze vrijgesteld zijn van het beroepsbekwaamheidsexamen. Het Hof stipt aan dat het vroeger al geoordeeld heeft dat het verschil in functie verantwoordt dat een plaatsvervanger niet aan dezelfde benoemingsvereisten moet voldoen als een beroepsmagistraat. Wel mogen hun benoemingsvereisten niet dermate minder streng zijn dat zij aanleiding zouden kunnen geen tot rechtspraak van ongelijke kwaliteit. Het Hof vindt dat de huidige benoemingsvoorwaarden al voldoende streng zijn. Bovendien is er nu nog een nieuwe benoemingsvoorwaarde bijgekomen: plaatsvervangende magistraten moeten slagen voor een examen van de Hoge Raad voor de Justitie én een theoretische en praktische opleiding volgen.
Dat plaatsvervangende magistraten met de nodige beroepservaring (vijf jaar plaatsvervanger en 15 jaar balie-ervaring) vrijgesteld zijn van het beroepsbekwaamheidsexamen als ze beroepsmagistraat willen worden, ook daar heeft het Hof geen probleem meer. Ze zijn immers al geslaagd voor het aanwervingsexamen voor plaatsvervangende magistraat. En ze moeten wel nog slagen voor het mondeling evaluatie-examen.

Tot slot willen de indieners van het vernietigingsberoep ook de vrijstelling van de nieuwe aanwervingsproef voor de al benoemde plaatsvervangende rechters vernietigd zien. Ook op die vraag gaat het Hof niet in. Het wijst erop dat het vroeger al heeft gezegd dat de benoemingsvoorwaarden voor plaatsvervangende magistraten voldoende streng zijn om een rechtspraak van voldoende kwaliteit te waarborgen. Ook zonder het nieuwe aanwervingsexamen. Er is dan ook geen reden om al benoemde magistraten aan het aanwervingsexamen te onderwerpen.

Bron: GwH 16 januari 2020, nr.?7/2020

Bron: Wet van 23 maart 2019 tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek met het oog op een betere werking van de rechterlijke orde en van de Hoge Raad voor de Justitie, BS 29 maart 2019

Nieuws

Vlaamse sociale bescherming overkoepelt drie zorguitkeringen
Vlaanderen bundelt drie zorgtegemoetkomingen onder de noemer Vlaamse sociale bescherming. Het gaat om de Vlaamse zorgverzekering, de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden en het ...  Lees meer
Fonds voor arbeidsongevallen wordt 'Federaal agentschap voor beroepsrisico's'
Er komt een fusie van het Fonds voor arbeidsongevallen (FAO) en het Fonds voor de beroepsziekten (FBZ). Het FBZ verdwijnt en wordt geïntegreerd in het FAO dat behouden blijft. Enkel de benaming ...  Lees meer
Klachtensysteem en administratieve geldboetes bij inbreuken op passagiersrechten zee- en binnenvaart
Sinds 18 december 2012 hebben passagiers die over de zee of de binnenwateren reizen, recht op informatie, bijstand en vergoedingen bij annulering of vertragingen. Een gevolg van Europese Verordening ...  Lees meer
search news