Hervormd geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie vanaf 1 november

De wet op het recht op maatschappelijke integratie werd een paar maanden geleden aangepast, maar de wijzigingen treden globaal genomen pas in werking op 1 november 2016. Dat blijkt uit een bijhorend KB met uitvoeringsbepalingen dat nu verschenen is.

Geïndividualiseerd project

Vooral de uitbreiding van het geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie (GPMI) als begeleidingsinstrument valt op. Samengevat komt het erop neer dat het GPMI wordt uitgebreid naar alle nieuwe leefloondossiers, zonder leeftijds- of doelgroepbeperking, terwijl er vroeger enkel sprake was van een verplichting voor wie jonger is dan 25 jaar.

Iedere persoon heeft recht op een geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie dat aangepast is aan zijn persoonlijke situatie en zijn capaciteiten binnen 3 maanden vanaf de datum van de beslissing dat de persoon in kwestie voldoet aan de voorwaarden.
De nadruk ligt op het wederzijds engagement. Naar gelang van de behoeften zal het project bij voorkeur betrekking hebben op de inschakeling in het beroepsleven of in de maatschappij, zo klinkt het in de nieuwe regeling. En het project kan betrekking hebben op een gemeenschapsdienst, die daar dan onlosmakelijk deel van uitmaakt.

Contract

De betrokken persoon en het OCMW sluiten een schriftelijke overeenkomst. Want het geïndividualiseerd project wordt voorbereid door een maatschappelijk werker en geformaliseerd in een contract. Op vraag van één van de partijen kunnen ook derden partij zijn bij de overeenkomst die tijdens de uitvoering kan worden gewijzigd op verzoek van elke partij, in onderlinge overeenstemming.

Een en ander wordt verder uitgewerkt en aangevuld door het nieuwe KB van 3 oktober 2016. Die uitvoeringsbepalingen worden ingeschreven in het algemeen reglement betreffende het recht op maatschappelijke integratie.

Alvorens er een contract wordt gesloten, moet het centrum een beoordeling van de behoeften van de persoon hebben gemaakt, zo blijkt uit het nieuwe KB.

Verder gelden volgende modaliteiten, die gedetailleerder en uitgebreider zijn dan voordien:

Het contract vermeldt de te halen doelstellingen en de afspraken van de partijen, met onderscheid tussen de verschillende engagementen. De afspraken moeten kaderen in de doelstellingen van het contract.

Het contract bepaalt de activiteitendomeinen waarop het project betrekking heeft.

Het contract bepaalt de duur, de in acht te nemen termijnen en de wijze waarop de evaluatie van het project gebeurt.

De maatschappelijk werker informeert de betrokkene, voordat het contract wordt ondertekend of gewijzigd.

Het project bepaalt de eventuele aanvullende hulp die gekoppeld is aan de vereisten van het project.

Het contract bepaalt in welke mate en onder welke voorwaarden het centrum een aanvullende maatschappelijke hulp als aanmoedigingspremie toekent.

Het contract bepaalt op zijn minst dat de inschrijvingskosten, de eventuele verzekeringen, de kosten van aangepaste werkkledij en de verplaatsingsonkosten inherent aan het volgen van een beroepsvorming of het opdoen van werkervaring gedekt zijn door het centrum, tenzij zij ten laste genomen worden door een derde.

Gemeenschapsdienst

Wanneer de begunstigde en het centrum overeenkomen om een gemeenschapsdienst aan te gaan, bepalen ze hiervoor in onderling overleg:

de aard van de te leveren dienst;

het uurrooster;

de bijzonderheden betreffende een eventuele vergoeding;

de duur van de dienstverlening.

Het centrum gaat na of schade berokkend aan de begunstigde of aan derden in het kader van de uitoefening van de gemeenschapsdienst gedekt wordt door een verzekering. Is dit niet het geval, dan kan de gemeenschapsdienst niet worden uitgevoerd.

Evaluatie

De evaluatie wordt aangescherpt. Er is nu sprake van een 'persoonlijk treffen'.

Een regelmatige evaluatie van de uitvoering van het contract wordt voorzien en dit minstens 3 keer per jaar, met de betrokken partijen en dit minstens 2 keer tijdens een persoonlijk treffen. Wanneer de betrokken persoon erom verzoekt, moet de maatschappelijk werker hem binnen 5 werkdagen een onderhoud toestaan.

Einde van rechtswege

Net als voordien eindigt het contract van rechtswege op de dag dat het centrum, wegens de wijziging van de verblijfplaats van de rechthebbende, niet langer bevoegd is om het leefloon te verstrekken.

Het contract dat op die manier beëindigd wordt, wordt in het geval er een nieuw centrum bevoegd wordt en indien er ingevolge van de toepassing van de wet een verplichting tot het afsluiten van een geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie bestaat, met de instemming van de betrokkene, overgemaakt aan het nieuw bevoegde centrum. Het nieuw bevoegde centrum moet nagaan of het mogelijk en wenselijk is om de modaliteiten van het beëindigde contract op te nemen in het nieuwe contract tussen het bevoegde centrum en de betrokkene.

Bijzondere toelagen

De inspectiedienst van de POD Maatschappelijke Integratie controleert de voorwaarden van de uitvoering van het project. Als die niet vervuld zijn, moet het centrum de bijzondere toelagen, die binnen de nieuwe regeling worden toegekend voor de kosten van begeleiding en activering, terugbetalen. Dit tot het moment waarop er een nieuw contract dat de wettelijke voorwaarden respecteert, wordt ondertekend.

De bijzondere toelagen werden ingevoerd omdat de OCMW?s meer kosten hebben door de uitbreiding van het GPMI. Tijdens één kalenderjaar voorziet de wetgever in een bijzondere toelage van 10% van het bedrag van het leefloon dat werkelijk wordt toegekend. Zo'n toelage is ook bepaald voor het facultatief GPMI. Voor wie jonger is dan 25 jaar en voltijdse studies volgt, is de toelage verschuldigd gedurende de hele duur van het project. En er is een extra financiering voor mensen die bijzonder kwetsbaar en ver verwijderd zijn van de integratie.

De verdere modaliteiten voor het dossier komen aan bod in het nieuwe KB. Zo kan het OCMW bijvoorbeeld rekenen op de extra toelage als het centrum via het sociaal onderzoek evalueert dat de maatregelen in het geïndividualiseerd project gedurende de eerste periode onvoldoende zijn.
Er is ook sprake van een rapport in het sociaal dossier waarin men moet motiveren waarom de betrokkene bijzonder ver verwijderd is van een maatschappelijke of socioprofessionele integratie of waarom de betrokkene bijzonder kwetsbaar is en een bijzondere aandacht van het centrum behoeft.

In werking

De wet van 21 juli 2016, die de hervorming heeft doorgevoerd, treedt samen met het KB van 3 oktober 2016 in werking op 1 november 2016.

Met uitzondering van de opname van de categorie van de subsidiair beschermden in het personeel toepassingsgebied van de wet van 26 mei 2002. Die bepaling treedt pas in werking op 1 december 2016.

We kunnen er tot slot nog op wijzen dat de specifieke voorwaarden voor een geïndividualiseerd project dat binnen een bepaalde periode leidt tot een arbeidsovereenkomst en voor een geïndividualiseerd project gericht op vorming, worden opgeheven. De specifieke voorwaarden voor een geïndividualiseerd project inzake studies met een voltijds leerplan blijven bestaan in het algemeen reglement, maar met een leeftijdsbeperking.

Bron: Koninklijk besluit van 3 oktober 2016 tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 juli 2002 houdende het algemeen reglement betreffende het recht op maatschappelijke integratie, BS 11 oktober 2016

Zie ook:
? Wet van 21 juli 2016 houdende wijziging van de wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, BS 2 augustus 2016
? Wet van 26 mei 2002 betreffende het recht op maatschappelijke integratie, BS 31 juli 2002
? Koninklijk besluit van 11 juli 2002 houdende het algemeen reglement betreffende het recht op maatschappelijke integratie, BS 31 juli 2002

Nieuws

Vlaamse sociale bescherming overkoepelt drie zorguitkeringen
Vlaanderen bundelt drie zorgtegemoetkomingen onder de noemer Vlaamse sociale bescherming. Het gaat om de Vlaamse zorgverzekering, de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden en het ...  Lees meer
Fonds voor arbeidsongevallen wordt 'Federaal agentschap voor beroepsrisico's'
Er komt een fusie van het Fonds voor arbeidsongevallen (FAO) en het Fonds voor de beroepsziekten (FBZ). Het FBZ verdwijnt en wordt geïntegreerd in het FAO dat behouden blijft. Enkel de benaming ...  Lees meer
Klachtensysteem en administratieve geldboetes bij inbreuken op passagiersrechten zee- en binnenvaart
Sinds 18 december 2012 hebben passagiers die over de zee of de binnenwateren reizen, recht op informatie, bijstand en vergoedingen bij annulering of vertragingen. Een gevolg van Europese Verordening ...  Lees meer
search news